top of page
  • Facebook
  • Instagram
  • Twitter Clean
  • White YouTube Icon

Studietips

images.jpg
Modes-of-Learning.png
facebook_1641981817289_6886970904184171976-002-410x1024.jpg
  • Tip 1: Verdeeld leren (distrubuted learning)
    Een van de methoden is ‘verdeeld leren’. Dit houdt in dat je elke keer een stukje leert. Hiervoor heb je een planning nodig. Vaak wordt deze ook door een docent aangeboden, maar het kan geen kwaad deze specifieker te maken, zeker als de toetsweken eraan komen. Zorg ervoor dat je elke dag met ongeveer twee uur klaar bent met de stof. Je kunt kiezen per paragraaf, per onderwerp of per alinea te leren. Bij woordjes kun je bijvoorbeeld een lijst van 100 woorden opdelen in 10 keer tien woorden: elke dag een half uurtje tien woordjes leren en na 10 dagen ken je 100 woorden!
     

  • Tip 2: Lees de stof en markeer belangrijke woorden
    Door te lezen onthouden we 10% van de stof. Nogal weinig, toch? Door gebruik te maken van een markeerstift laat je echter twee onderdelen van de hersenen samenwerken: het visuele gedeelte en het verbale gedeelte. Dit zorgt ervoor dat je hersenen een seintje krijgen ‘dit is belangrijk’. Hierdoor wordt dus de focus gelegd op de belangrijke begrippen en worden betere verbindingen gemaakt in de hersenen, waardoor het ophalen van die belangrijke informatie makkelijker worden.
     

  • Tip 3: Bespreek de stof met anderen of leg het aan hen uit
    Door de stof met anderen te bespreken onthoud je al 70% van de besproken stof. Al een hele verbetering ten opzichte van alleen lezen. Dit komt omdat je op meerdere vlakken bezig bent met de stof: je vormt er gedachten over, haalt informatie op uit het geheugen, vormt het om tot iets wat je wil zeggen en luistert (auditieve gedeelte van de hersenen) naar anderen. Je onthoudt nog meer van de stof als je het aan anderen uitlegt (90%). Je moet dan namelijk de stof al vrij goed onder de knie hebben, anders kan je het niet uitleggen aan anderen.
     

  • Tip 4: Overleren of herhaling
    Herhaling is erg belangrijk om stof goed te leren. Ten eerste onthoud je waarschijnlijk de eerste keer dat je een tekst leest niet alles. Door de stof nogmaals te lezen, heb je dus meer kennis. Ten tweede zorgt herhaling ervoor dat verbindingen die eerder in je hersenen gemaakt zijn versterkt worden. Daardoor onthoud je die stof beter en kun je het makkelijker uit je geheugen ophalen als je het nodig hebt.

 

  • Tip 5: Overhoren
    Overhoren kan op verschillende manieren. Natuurlijk kun je iemand in de buurt vragen of degene jou vragen wil stellen over de stof. Dit is niet altijd even haalbaar, want er is niet altijd iemand in de buurt.

    Een alternatief is dan om jezelf te overhoren. Daarvoor zijn verschillende methoden. Je kunt bijvoorbeeld toetsvragen bedenken (zie ook tip 4). Op een ander vel zet je dan de antwoorden daarop. Vervolgens ga je de vragen (eventueel in willekeurige volgorde) bij langs en kijk je na met je eigen antwoorden. Dit is een manier bij grote hoeveelheden stof, zoals bij economie of geschiedenis.
    Bij het leren van woordjes kun je kaartjes maken. Op de ene kant zet je het woord in het Nederlands; op de andere kant komt de vertaling te staan. Hetzelfde kun je doen met (vervoegingen van) werkwoorden. Op de ene kant komt dan ben – was – ben geweest en op de andere kant de Engelse vertaling: am – was – been. Pak een willekeurig kaartje en geef de vertaling. Vergeet niet beide kanten op te overhoren: zowel Nederlands naar vreemde taal als andersom.

 

  • Tip 6: Maak je eigen toetsvragen
    Bij tip 5 kwam dit al even naar voren. Toetsvragen bedenken zorgt ervoor dat je je inleeft in wat de docent waarschijnlijk belangrijk vindt. Dit kan zijn omdat hij er in de les iets over heeft gezegd, omdat het veel in de lessen terugkomt of omdat er in het boek veel informatie over wordt gegeven.
    Door toetsvragen te bedenken zorg je er dus voor dat je belangrijke stukken tekst dus extra naar voren haalt. Hier kun je vervolgens meer aandacht aan besteden, zodat je tijdens je toets al voorbereid bent op lastige vragen!

 

  • Tip 7: Leren door associaties
    Bij de methode van LOCI leer je door te associëren. Het is een manier van leren waarbij je een ruimte (bijvoorbeeld je kamer) begrippen ‘ophangt’ op verschillende plaatsen. Hierdoor associeer je bijvoorbeeld het bed met ‘stadsrecht’. Door gekke beeldcombinaties zorg je ervoor dat je associaties langer blijven hangen en bovendien gebruik je hierdoor zowel je visuele als verbale geheugen (in plaats van alleen je verbale geheugen).

 

  • Tip 8: Samenvatting maken
    Een samenvatting kan je helpen hoofd- en bijzaken te scheiden in een grote lap tekst. Een samenvatting is van jezelf, dus je mag hem zo maken als jij prettig vindt. Bovendien hoef je niet te zorgen dat anderen het begrijpen; jij moet het begrijpen. Het mag dus in jouw kriebelige handschrift, met pijltjes, extra benadrukt met markeerstift, in korte telegramzinnen, puntsgewijs… Leef je helemaal uit met je samenvatting, maar één ding staat centraal: de samenvatting moet jou een overzicht bieden!

bottom of page